Wat kan wel en niet na stoppen agrarisch bedrijf?

Voorstel vergadering gemeenteraad 17 april

Wat kan wel en wat niet in het buitengebied? Dat staat in het raadsvoorstel 'Toetsingskader landelijk gebied'. Het kader geeft agrariërs die willen stoppen met hun bedrijf richtlijnen. Het kader beschrijft wat wel en niet kan op de plaats van de bedrijfsgebouwen die vrijkomen in het buitengebied. Het voorstel staat op de agenda van de gemeenteraadsvergadering van 17 april. Zie: Raadsvoorstel 3359 Toetsingskader landelijk gebied.

Stoppersregeling

Regels voor het landelijk gebied zijn noodzakelijk. Want veel agrariërs in Barneveld hebben belangstelling voor de landelijke stoppersregeling voor piekbelasters. En wie wil stoppen, wil ook duidelijkheid. Wat is mogelijk met de vrijkomende percelen? Mag je er woningen neerzetten? Of niet-agrarische activiteiten beginnen?

Onder het motto ‘Niet alles kan overal, maar wat kan dan wel?’ presenteert de gemeente nu de richtlijnen voor nieuwe ontwikkelingen in het landelijk gebied. Deze liggen voor een deel al vast in de Europese regelgeving of in regels van de rijksoverheid en de provincie, bijvoorbeeld op het gebied van natuur en milieu.

Behoud bestaande agrarische mogelijkheden

De gemeente stuurt daarnaast de ontwikkelingen bij, waarbij behoud van de bestaande agrarische mogelijkheden voorop staat. Zo voorkomt de gemeente verrommeling van het buitengebied, of andere ongewenste effecten, zoals grootschalige activiteiten die het karakter van het landelijk gebied aantasten.

Resultaat tafelgesprekken meegenomen

In januari hield de gemeente uitgebreide tafelgesprekken met een kleine 200 vertegenwoordigers van de agrarische sector. Enkele belangrijke conclusies uit deze gesprekken kregen een plaats in het voorstel. Zo biedt dit kader meer ruimte voor niet-agrarische activiteit dan de eerdere plannen, terwijl het terughoudender staat tegenover uitbreiding van de woningbouw. 

Met dit instrument weten de gemeente, de inwoners en de ondernemers in Barneveld nu waar ze aan toe zijn bij de ontwikkeling van nieuwe initiatieven in het landelijk gebied.