Toespraak 4 mei burgemeester Voskuil

Op 4 mei herdenken we in heel Nederland oorlogsslachtoffers. Zo ook in de verschillende kernen van de gemeente Bergen. Burgemeester Lars Voskuil sprak bij de herdenking op de gemeentelijk begraafplaats in Schoorl. Hieronder kunt u de speech nalezen.

"Ieder jaar weer word ik geraakt door het contrast op deze dag. Het contrast tussen de ontluikende lente om ons heen. Het prille groen. De terugkeer van de zangvogels uit warmere oorden. De bloesems en bollenvelden die met bijna onnatuurlijke kleuren de hoop op nieuw leven verbeelden. En aan de andere kant de reden waarom wij hier bijeenkomen. Het contrast tussen de aankondiging van het nieuwe begin en het herdenken van het leven, vaak veel te jong weggerukt, door het geweld dat oorlog is.

Ieder jaar staan we tijdens de Nationale Herdenking op 4 mei stil bij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en van oorlogssituaties en vredesoperaties daarna. Ook hier in Schoorl en straks in Zijpersluis zijn wij twee minuten stil. 

Stilte waarin mijn gedachten uitgaan naar de miljoenen die vermoord zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog. Ontdaan van elke menselijkheid in concentratiekampen van onbevattelijke wreedheid. Joden, Roma, Sinti, gehandicapten, homosexuelen, politieke gevangenen, verzetsleden… mensen, vermoord om hun mens zijn.

Stilte waarin mijn gedachten ook uitgaan naar de militairen en burgerslachtoffers die zijn gevallen in de strijd voor onze vrijheid. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, zoals de jonge geallieerde soldaten hier op het ereveld in Schoorl. En na de Tweede Wereldoorlog in Europa, in voormalig Nederlands Indië en tijdens vredesmissies. Gevallen kameraden van veteranen die de gemeente Bergen hun thuis noemen, maar een deel van zichzelf hebben achtergelaten in een conflictgebied ver van hier. 

Stilte waarin mijn gedachten uitgaan naar de vrouwen en mannen die niet ver van hier sneuvelen in een gruwelijke en zinloze oorlog in Oekraïne. Een oorlog die zoals de meeste oorlogen niets anders oplevert dan verdriet en verlies. En nieuwe erevelden vol zerken, om in de toekomst bij te herdenken en te hopen op een tijd zonder oorlog.

De oorlog in de Oekraïne heeft grote groepen mensen van huis en haard verdreven. Een aanzienlijk aantal van hen heeft een veilig heenkomen gevonden in de gemeente Bergen, ook hier in Schoorl. Ik wil hen vanaf deze plaats sterkte wensen en de hoop uitspreken dat er ook aan hun oorlog snel een vreedzaam einde komt. Een tijd dat zij herenigd kunnen worden met hun geliefden en families. Tot die tijd mogen zij zich hier veilig weten, met dank aan al die inwoners die hun huizen en harten hebben opengesteld voor hen.

De Oekraïense president Zelensky brengt vandaag een bezoek aan Nederland. Er zijn mensen die hun afkeuring hebben uitgesproken dat hij juist vandaag hier is om aandacht te vragen voor de oorlog in zijn land. Het zou afleiden van ONZE herdenking. Persoonlijk heb ik mij aan die opmerkingen gestoord.

Het is het denken in ‘wij’ versus ‘zij’, het denken in ‘Onze herdenking’ tegenover ‘Hun oorlog’, kortom het denken in ‘schijn-tegenstellingen’, dat de voedingsbodem vormt voor zoveel conflicten. Een president van een land in oorlog, die dagelijks het onbeschrijflijke leed ervaart en met zich meedraagt dat hem en zijn landgenoten wordt aangedaan, die president heeft volgens mij elk recht om vandaag hier te zijn. Om aandacht te vragen voor het lot van zijn land en met ons samen te herdenken wat voor de meesten van ons in het verleden ligt, maar voor hem de dagelijkse realiteit is.

Voor velen die oorlog van dichtbij hebben meegemaakt, eindigt deze niet als het laatste schot gelost is. De ervaringen en indrukken veranderen hun leven voorgoed. ‘Leven in oorlog’ wordt ‘Leven met oorlog’. En soms blijft het ‘Leven ondanks oorlog’. 

Mijn vader was 11 toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak. Hij woonde in Den Haag en zag vanaf het dak van zijn huis het bombardement op Rotterdam en de luchtlandingen op vliegveld Ypenburg. Zijn ‘leven met oorlog’ werd een bijna jongensboekachtige vertelling over deze spannende momenten. Maar over de arrestatie van zijn vader door de Gestapo en wat dat met hem had gedaan sprak hij nooit. Daar was het voor hem ‘leven ondanks oorlog’.

Dat gold misschien nog sterker voor mijn schoonvader. Hij zag op 11-jarige leeftijd zijn vader, verzetsman in Amsterdam, afgevoerd worden uit hun huis door de SS. Opgepakt nadat zijn verzetsgroep was verraden. Vermoord in Kamp Vught. Mijn schoonvader kon daar niet over spreken. Niet met mijn schoonmoeder, niet met zijn kinderen, met niemand. 

De fussiladeplaats bij Kamp Vught bezocht hij slechts een keer, niet lang voor zijn dood. Om de naam van zijn vader te zien, op de gedenkmuur. De eerste nabijheid, na 60 jaar stille pijn. Het was zijn  ‘leven ondanks oorlog’ dat hem ieder jaar op 4 mei in stilte deed verstarren, in deze eenzame pijnlijke herinnering.

Het zijn de pijnlijke herinneringen van toen, die van invloed zijn geweest op het nu. Herinneringen die gezinnen hebben getekend en levens hebben beïnvloed. Die het wereldbeeld van volgende generaties hebben ingekleurd. Generaties die op hun beurt een plek moesten geven aan een trauma dat zij niet zelf hadden opgelopen maar wel dagelijks ervoeren. Hun ‘leven met oorlog’.

Terwijl wij hier vandaag herdenken, ontstaat nieuw verdriet en diep leed in al die oorlogs- en conflictgebieden in de wereld waar de wapens worden opgenomen. Om te strijden voor iets, of juist tegen iets, wie het weet mag het zeggen. Trauma’s die mensen, gezinnen, families en hele gemeenschappen nog generaties zullen beïnvloeden. Ervaringen die niet onder woorden gebracht kunnen worden, door mensen die zich uit onbevattelijkheid van het leed, hullen in een naar binnen gekeerd stilzwijgen.

Het zijn die mensen die wij vandaag ook gedenken. Mensen die nog leven in oorlog, in de hoop dat zij ooit op het punt komen dat zij kunnen leven met oorlog, en niet te zeer hoeven leven ondanks oorlog.

Terwijl om ons heen de lente aan kracht wint en de natuur een stap naar voren zet om ons met prille schoonheid te omgeven, spreek ik hier de hoop uit dat wij ooit nog mee mogen maken dat er een echt einde komt aan oorlogen en gewapende conflicten, aan erevelden vol te vroeg weggerukt jong leven, aan generaties getraumatiseerd door hun eigen ervaringen of die van hun familie en vrienden. De hoop dat ooit 4 mei alleen een mooie lentedag zal zijn waarop wij herinneren en herdenken, in echte vrijheid en oprechte vrede.

Dank."