Speech 4 mei

Tijdens de herdenking op 4 mei gaf loco burgemeester Roel Beems een toespraak. Ook sprak Vera Fetisova, de Oekraïense mevrouw die momenteel veel betekent voor de opvang van Oekraïners in Castricum. U vindt beide speeches hieronder.

Speech loco burgemeester Roel Beems

"Leven met oorlog. Dat is dit jaar het landelijke thema van de Dodenherdenking. De Tweede Wereldoorlog is inmiddels al 78 jaar voor bij. En toch leven ook vandaag de dag nog steeds mensen met oorlog. In elk geval met de sporen daarvan.

Sommige mensen hebben de oorlog weliswaar overleefd, maar dragen hun leven lang de littekens mee van verschrikkingen die ze hebben meegemaakt. En die littekens zijn niet in één generatie uitgevaagd. Kinderen en kleinkinderen erven indirect de pijn en het verdriet, ook als dat netjes lijkt toegedekt. Misschien voel je dat stille leed nog wel meer dan wanneer er wél over werd gesproken. 

Castricum was in de jaren 40-45 nog een kleine gemeenschap. Iedereen kende iedereen. Elke deportatie, elke omgekomen dorpsgenoot had impact. De twee fusillades in de laatste maanden van de oorlog zullen ongetwijfeld een schok tot gevolg hebben gehad, ook al kwamen er geen dorpsgenoten voor het vuurpeloton. Als vergelding voor aanslagen op Duitsers werden twintig willekeurige gevangenen uit een Amsterdamse gevangenis gedood – hun namen leest u hier op het monument. 

Toen op 5 mei de capitulatie werd getekend, was het voor in elk geval één Castricums gezin geen feest. Zij herdachten hun echtgenoot en vader, Arie Hageman, die precies een jaar eerder werd gedood. De schaftkeet in het duingebied, waarin hij met zijn PWN-collega’s koffiepauze hield, werd door een stel dronken soldaten gebruikt als schietschijf. Arie kwam om. Op de site van de Stichting Oud-Castricum beschrijft zijn zoon Jan hoeveel impact die gebeurtenis heeft gehad op het gezin, ook tientallen jaren later nog. 

Tragisch was ook de dood van Cor Beentjes, die op 7 mei 1945 werd doodgeschoten door een Feldwebel, terwijl hij palen uit een weiland haalde. Twee dagen na de Bevrijding, maar het was in die dagen nog enorm onrustig: denk ook aan de schietpartij op de Dam. Een dag later, op 8 mei, reden de Canadezen Castricum binnen. 

We zijn nu 78 jaar verder. Sindsdien hebben we in vrede geleefd – officieel in elk geval. Want in de praktijk zijn er natuurlijk altijd conflicten geweest die we hebben gevoeld. Denk aan de inzet van militairen om toenmalig Nederlands-Indië in handen te houden: jonge mannen die vaak geen idee hadden waarin ze terechtkwamen. Mijn vader was één van hen en ook bij ons thuis werd er zelden over gesproken. 

En denk aan de oorlogen van nu. Ook daar leven wij mee: in onze mondiale samenleving stopt een oorlog niet keurig bij landsgrenzen. We voelen de onrust in de politiek, maar ook in onze portemonnee: de prijzen voor gas en boodschappen die stijgen. We hebben te maken met vluchtelingen die aankloppen voor hulp – ook hier in Castricum. We vangen momenteel 75 Oekraïense vluchtelingen op. 

Ik ben dankbaar voor de steun die wordt geboden door onze gemeenschap. Veel Oekraïners hebben hun plekje gevonden in onze samenleving: kinderen gaan naar school, volwassenen zijn aan het werk. FC Castricum, hier om de hoek, nodigt vluchtelingen van allerlei komaf uit voor trainingspotjes. Sport verbroedert, zien we daar: ze ontmoeten mensen, leren snel de taal, krijgen iets mee van de humor. 

Zo dadelijk zijn we twee minuten stil. In die twee minuten herdenken wij de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. De Joden, de Roma en Sinti, de homoseksuelen die werden omgebracht in vernietigingskampen. We herdenken de soldaten en verzetsmensen die sneuvelden. We herdenken gewone burgers die de oorlogstijd niet overleefden. En we herdenken militairen die omkwamen bij oorlogssituaties en vredesmissies na de Tweede Wereldoorlog.

Laten we daarnaast ook stil blijven staan bij de andere slachtoffers – en niet per se alleen vanavond.
Bij de mensen die niet omkwamen, maar dóórleefden en doorleven met al hun herinneringen en ervaringen. Die er op hun eigen manier het beste van probeerden te maken. Laten we dat samen blijven doen."

Speech Vera Fetisova

"Het landelijke thema van de Dodenherdenking dit jaar is LEVEN MET OORLOG.

Gelukkig voor mij heb ik oorlog zelf niet persoonlijk meegemaakt. Maar ik hoorde genoeg over de oorlog van mijn grootouders en van mijn vader van 88 die de Tweede Wereldoorlog als kind bewust heeft meegemaakt. 

En nu hoor ik genoeg over de nieuwe oorlog van mijn nieuwe vrienden en kennissen. Dat zijn de Oekraïense vluchtelingen die wij, Castricummers, in het afgelopen jaar in onze gemeente hebben opgevangen. Ze willen ons, Nederlanders, niet lastig vallen met hun hartverscheurende levensverhalen en ze willen ook niet als zielig gezien worden. Ze zijn zelfredzaam en sterk maar ik zie de gruwel van de oorlog in hun ogen en lees ondraaglijke pijn in hun hart.

Leven met oorlog? Met oorlog is er geen leven! Want je kan het geen leven noemen. Het is overleven. Het is de dagelijkse fysieke en mentale overleving van de eerste tot de laatste minuut.

Het eerste wat je voelt als je hoort over het begin van de oorlog is verbazing en ontkenning van de afschuwelijke werkelijkheid. Gebeurt dit nu met ons in de 21ste eeuw? Een oorlog tussen 2 broederlijke volkeren? Het kan niet waar zijn! Want onze generatie, net als de generatie van onze ouders, van beide landen zijn opgegroeid met hetzelfde motto ‘Als er maar geen oorlog komt’.

De ontkenning markt na een korte tijd plaats voor hulpeloze verwarring en huiveringwekkende angst. Angst voor je eigen leven en het leven van je dierbaren, angst voor je vrijheid, angst voor de toekomst.

Daarna langzaam komt felle haat en blinde woede. Want sterke pijn kan zelfs de meest aardige, lieve, vreedzame persoon wreed en wraakzuchtig maken. Bij sommige mensen komt moed en bereidheid om het onmogelijke te doen met als enig doel te overleven en te overwinnen. Bij andere mensen komt het gevoel van machteloosheid met als gevolg frustratie en depressie. En tot slot apathische acceptatie van een verschrikkelijke realiteit. 

Maar naast al deze gevoelens is er nog een gevoel. Het gevoel van hoop dat deze nachtmerrie heel snel voorbij zal zijn. Dat de oorlog morgen zal eindigen, dat iedereen zal overleven en gezond blijft. Dat iedereen weer vrij zal zijn en zijn leven en zijn toekomst weer kan opeisen. Dat iedereen weer gelukkig kan zijn.

Voor elke persoon die met oorlog leeft verandert zijn bestaan in het aftellen naar het einde van de oorlog. Dat bestaan kan je geen leven noemen want er is geen leven zonder vrede en vrijheid!

Hier in Nederland zijn we erg gelukkig. We leven in een democratische rechtsstaat, in een democratische samenleving, in een welvarend en erg mooi land in vrijheid en vrede. Wij zijn een gezond en gelukkig volk. Ons leven is het echte leven en geen bestaan, geen overleving. Dat moeten we goed realiseren en blijven waarderen. En laten we daar elke dag weer dankbaar voor zijn!

Met vriendelijke groet,
Vera Fetisova"