[Gepubliceerd: 2010-11-30] Electricite de France S.A. (hierna: EDF) heeft per brief van 13 januari 2010, ontvangen op dezelfde datum, een aanvraag ingediend voor een opsporingsvergunning voor zout, ingevolge artikel 6 van de Mijnbouwwet (hierna: Mbw), voor het gebied genaamd Pieterburen. Dit gebied is gelegen in de gemeenten De Marne en Winsum. Het aangevraagde gebied heeft een oppervlakte van 25 km 2 . De aangevraagde geldigheidsduur van de vergunning is vijf jaar; in de Staatscourant van 4 maart 2010, nr. 3287 , is gelet op artikel 15 Mbw, een uitnodiging voor het indienen van concurrerende aanvragen voor een opsporingsvergunning voor zout voor het gebied genaamd Pieterburen geplaatst. Binnen de termijn van 91 dagen na publicatie van de aanvraag in de Staatscourant is geen concurrerende aanvraag ingediend; Staatstoezicht op de mijnen (hierna: Sodm) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 16 juni 2010 advies uitgebracht (kenmerk:10093334); TNO Bouw en Ondergrond, adviesgroep EZ (hierna: TNO) heeft op verzoek van de Minister van Economische Zaken op 3 juni 2010 advies uitgebracht (kenmerk: AGE 10-10.035); het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen (hierna: GS) is op grond van artikel 16 Mbw om advies gevraagd. GS heeft op 21 september 2010 advies uitgebracht (kenmerk: 2010-51.242/38/A.16,MV); de Mijnraad heeft op 6 september 2010 advies uitgebracht (kenmerk: MIJR/10106899) op grond van artikel 105, derde lid, Mbw.
Jaar: 2010
Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat
Documenten: 1
📁
Download volledig dossier (ZIP)