Beschikking Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat

Besluit om vergunningen voor Windplan Groen buiten coerdinatie te brengen, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

[Gepubliceerd: 2022-07-15] Dat in het deelgebied Oost, zoals dat in het Regioplan windenergie Zuidelijk en Oostelijk Flevoland, van de provincie Flevoland is opgenomen, meerdere windparken (ook wel deelparken) worden gerealiseerd die samen Windplan Groen vormen. De initiatiefnemers van de deelparken werken voor de realisatie van Windplan Groen samen onder de naam Windkoepel Groen en stemmen de voorbereidingen samen af; Dat Windplan Groen wordt aangemerkt als een installatie voor de opwekking van duurzame elektriciteit met behulp van windenergie, met inbegrip van de aansluiting van die installatie op een net, als bedoeld in artikel 9b, eerste lid, aanhef en onder a, van de Elektriciteitswet 1998, zodat op de aanleg van dit project artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro) van toepassing is; Dat dit onder meer betekent dat de voorbereiding en bekendmaking van diverse voor het project benodigde besluiten worden gecoerdineerd, overeenkomstig artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wro, waarbij de Minister voor Klimaat en Energie met deze coerdinatie is belast; Dat voor dit project een Rijksinpassingsplan in werking is getreden dat op 9 oktober 2019 is vastgesteld door de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties; Dat Windkoepel Groen voornemens is omgevingsvergunningen aan te vragen om de afmetingen van schakelkasten (ook wel inkoopstations) uit eerder verleende vergunningen te wijzigen. In veel gevallen worden de schakelkasten kleiner dan eerder vergund; Dat, op grond van artikel 9d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998, gelezen in samenhang met artikel 1 van het Uitvoeringsbesluit Rijkscoerdinatieregeling energie-infrastructuurprojecten (hierna: het Uitvoeringsbesluit) besluiten worden aangewezen die van rechtswege vallen onder de Rijkscoerdinatieregeling; Dat besluiten als bedoeld in artikel 2, eerste lid onder a en c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht besluiten zijn als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder b van de Wro en zijn genoemd in het hiervoor aangehaalde besluit van de Minister van EZK en de Minister van BZK en zodoende worden meegenomen in de hiervoor bedoelde gecoerdineerde voorbereiding; Dat op grond van artikel 9d, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998 de Minister voor Klimaat en Energie kan bepalen dat de desbetreffende, hiervoor bedoelde besluiten, in afwijking van het voorgaande niet als besluit als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wro wordt aangemerkt, en daarmee niet in de gecoerdineerde voorbereiding wordt betrokken, wanneer die besluiten de gecoerdineerde voorbereiding van de benodigde besluiten zou belemmeren of ernstig zou bemoeilijken; Dat het mee coerdineren van bovengenoemde besluiten de procedure bedoeld in artikel 9b, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 zou belemmeren of ernstig bemoeilijken en onnodig tot vertraging zou leiden omdat in dat geval de voor de genoemde besluiten geeigende reguliere (kortere) voorbereidingsprocedures niet zouden kunnen worden doorlopen; Dat het, gelet op het voorgaande, wenselijk is de hiervoor bedoelde besluiten apart voor te bereiden van de overige benodigde besluiten; Gelet op: artikel 9d, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998; Besluit: Artikel 1 Inzake het project Windplan Groen worden de volgende besluiten niet meer aangemerkt als besluit als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet ruimtelijke ordening.
Jaar: 2022 Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat Documenten: 1

📁 Download volledig dossier (ZIP)

Attribuut Waarde
Identifier nl.mnre1045.2k.2022.105
Aanbieder (Naam) Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat
Titel Besluit om vergunningen voor Windplan Groen buiten coerdinatie te brengen, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Beschrijving Dat in het deelgebied Oost, zoals dat in het Regioplan windenergie Zuidelijk en Oostelijk Flevoland, van de provincie Flevoland is opgenomen, meerdere windparken (ook wel deelparken) worden gerealiseerd die samen Windplan Groen vormen. De initiatiefnemers van de deelparken werken voor de realisatie van Windplan Groen samen onder de naam Windkoepel Groen en stemmen de voorbereidingen samen af; Dat Windplan Groen wordt aangemerkt als een installatie voor de opwekking van duurzame elektriciteit met behulp van windenergie, met inbegrip van de aansluiting van die installatie op een net, als bedoeld in artikel 9b, eerste lid, aanhef en onder a, van de Elektriciteitswet 1998, zodat op de aanleg van dit project artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wet ruimtelijke ordening (hierna: Wro) van toepassing is; Dat dit onder meer betekent dat de voorbereiding en bekendmaking van diverse voor het project benodigde besluiten worden gecoerdineerd, overeenkomstig artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wro, waarbij de Minister voor Klimaat en Energie met deze coerdinatie is belast; Dat voor dit project een Rijksinpassingsplan in werking is getreden dat op 9 oktober 2019 is vastgesteld door de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties; Dat Windkoepel Groen voornemens is omgevingsvergunningen aan te vragen om de afmetingen van schakelkasten (ook wel inkoopstations) uit eerder verleende vergunningen te wijzigen. In veel gevallen worden de schakelkasten kleiner dan eerder vergund; Dat, op grond van artikel 9d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998, gelezen in samenhang met artikel 1 van het Uitvoeringsbesluit Rijkscoerdinatieregeling energie-infrastructuurprojecten (hierna: het Uitvoeringsbesluit) besluiten worden aangewezen die van rechtswege vallen onder de Rijkscoerdinatieregeling; Dat besluiten als bedoeld in artikel 2, eerste lid onder a en c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht besluiten zijn als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onder b van de Wro en zijn genoemd in het hiervoor aangehaalde besluit van de Minister van EZK en de Minister van BZK en zodoende worden meegenomen in de hiervoor bedoelde gecoerdineerde voorbereiding; Dat op grond van artikel 9d, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998 de Minister voor Klimaat en Energie kan bepalen dat de desbetreffende, hiervoor bedoelde besluiten, in afwijking van het voorgaande niet als besluit als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wro wordt aangemerkt, en daarmee niet in de gecoerdineerde voorbereiding wordt betrokken, wanneer die besluiten de gecoerdineerde voorbereiding van de benodigde besluiten zou belemmeren of ernstig zou bemoeilijken; Dat het mee coerdineren van bovengenoemde besluiten de procedure bedoeld in artikel 9b, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 zou belemmeren of ernstig bemoeilijken en onnodig tot vertraging zou leiden omdat in dat geval de voor de genoemde besluiten geeigende reguliere (kortere) voorbereidingsprocedures niet zouden kunnen worden doorlopen; Dat het, gelet op het voorgaande, wenselijk is de hiervoor bedoelde besluiten apart voor te bereiden van de overige benodigde besluiten; Gelet op: artikel 9d, derde lid, van de Elektriciteitswet 1998; Besluit: Artikel 1 Inzake het project Windplan Groen worden de volgende besluiten niet meer aangemerkt als besluit als bedoeld in artikel 3.35, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Wet ruimtelijke ordening.
Thema Natuur en milieu | Energie
Publicatiedatum 2022-07-15
Jaar 2022
Type 2k - Beschikking
Aanbieder (Code) mnre1045
Totaal aantal documenten 1
Bron Originele publicatie
Verkregen op 2024-01-24
Aantal pagina's in dossier 2