Beschikking Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat

Buiten toepassing laten rijkscoerdinatieregeling Zonnepark Eekerpolder, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

[Gepubliceerd: 2022-07-19] Dat Solarfields Projecten B.V. (hierna: Solarfields) het voornemen heeft Zonnepark Eekerpolder (fase 2) te realiseren van ten minste 50 MW, op het grondgebied van de gemeente Midden-Groningen; dat dit initiatief op grond van artikel 9b, eerste lid, aanhef en onder b, van de Elektriciteitswet 1998, onder de rijkscoerdinatieregeling valt, als bedoeld in artikel 3:35 van de Wet ruimtelijke ordening; dat de rijkscoerdinatieregeling, voor zover hier van belang, gelet op artikel 3:35, eerste lid, onder c, van de Wet ruimtelijke ordening met zich brengt dat voor het hiervoor bedoelde project een inpassingsplan kan worden vastgesteld door de Minister voor Klimaat en Energie, (hierna: K&E) 1 In artikelen 3.35, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening en 9b, vierde lid, van de Elektriciteitswet 1998 staan de ministers van Economische Zaken en Klimaat en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als bevoegde gezagen genoemd. Deze bevoegdheden zijn overgegaan op de ministers voor K&E en voor VRO.
Jaar: 2022 Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat Documenten: 1

📁 Download volledig dossier (ZIP)

Attribuut Waarde
Identifier nl.mnre1045.2k.2022.106
Aanbieder (Naam) Ministerie Van Economische Zaken En Klimaat
Titel Buiten toepassing laten rijkscoerdinatieregeling Zonnepark Eekerpolder, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Beschrijving Dat Solarfields Projecten B.V. (hierna: Solarfields) het voornemen heeft Zonnepark Eekerpolder (fase 2) te realiseren van ten minste 50 MW, op het grondgebied van de gemeente Midden-Groningen; dat dit initiatief op grond van artikel 9b, eerste lid, aanhef en onder b, van de Elektriciteitswet 1998, onder de rijkscoerdinatieregeling valt, als bedoeld in artikel 3:35 van de Wet ruimtelijke ordening; dat de rijkscoerdinatieregeling, voor zover hier van belang, gelet op artikel 3:35, eerste lid, onder c, van de Wet ruimtelijke ordening met zich brengt dat voor het hiervoor bedoelde project een inpassingsplan kan worden vastgesteld door de Minister voor Klimaat en Energie, (hierna: K&E) 1 In artikelen 3.35, eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening en 9b, vierde lid, van de Elektriciteitswet 1998 staan de ministers van Economische Zaken en Klimaat en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als bevoegde gezagen genoemd. Deze bevoegdheden zijn overgegaan op de ministers voor K&E en voor VRO.
Thema Natuur en milieu | Energie
Publicatiedatum 2022-07-19
Jaar 2022
Type 2k - Beschikking
Aanbieder (Code) mnre1045
Totaal aantal documenten 1
Bron Originele publicatie
Verkregen op 2024-01-24
Aantal pagina's in dossier 2