[Gepubliceerd: 2014-08-12] Gelezen het verzoek van Holland van Boven, ontvangen op 7 juli 2014, contactpersoon de heer H. van Kastel, tel.: 06 10 24 4331, e-mail: j.vankastel@chello.nl; Gezien het gegeven dat: lichte onbemande luchtvaartuigen (UAS) volgens artikel 20 van het Luchtverkeersreglement voorrang moeten verlenen aan al het andere luchtverkeer; dat dit mogelijk is door binnen zichtafstand van de piloot te blijven en naast de piloot nog een waarnemer te verplichten; uitvoerende regelgeving in ontwikkeling is en internationaal overeenstemming bestaat over de uitgangspunten voor beroepsmatig gebruik van UAS op veilige afstand van mensenmenigten, voertuigen, vaartuigen, objecten en gebouwen; het verboden is om beroepsmatig deel te nemen aan het luchtverkeer met een UAS, tenzij hiervoor ontheffing is verleend; Holland van Boven voldoende kennis en ervaring heeft om op verantwoorde wijze een vlucht uit te voeren met haar UAS op deze trainingslocatie; Gelet op de artikelen 2.1, vierde lid, 3.21 en 5.5, derde lid, van de Wet luchtvaart; BESLUIT: Artikel 1 1.
Jaar: 2014
Ministerie Van Infrastructuur En Waterstaat
Documenten: 1
📁
Download volledig dossier (ZIP)