[Gepubliceerd: 2014-11-03] Gelezen het verzoek van Hiview B.V., ontvangen op 23 juni 2014 en aangevuld met informatie op 3 oktober 2014, contactpersoon de heer J. van Til, tel.: 06 18141772, e-mail: j.vantil@hiview.nl; Gezien het gegeven dat: lichte onbemande luchtvaartuigen volgens artikel 20 van het Luchtverkeersreglement voorrang moeten verlenen aan al het andere luchtverkeer; dat dit mogelijk is door binnen zichtafstand van de piloot te blijven en naast de piloot nog een waarnemer te verplichten; uitvoerende regelgeving in ontwikkeling is en internationaal overeenstemming bestaat over de uitgangspunten voor beroepsmatig gebruik van lichte onbemande luchtvaartuigen op veilige afstand van mensenmenigten en gebouwen; het verboden is om beroepsmatig deel te nemen aan het luchtverkeer met een licht onbemand luchtvaartuig, tenzij hiervoor ontheffing is verleend; EuroUSC in haar advies, kenmerk C0400, van 20 juni 2014 aangeeft dat Hiview B.V. voldoende kennis en ervaring heeft om op verantwoorde wijze een vlucht uit te voeren met haar UAS; de piloot van Hiview B.V. beschikt over een door EuroUSC afgegeven BNUC-S-certificaat; Hiview B.V. beschikt over een goedgekeurd operationeel handboek waarin de verantwoordelijkheden en procedures zijn vastgelegd; het lichte onbemande luchtvaartuig van het type SenseFly Swinglet Cam (registratie PH-1CD ) beschikt over een Design and Construction Certificate afgegeven door EuroUSC; Hiview B.V. bij de aanvraag van een reeks projectontheffingen aannemelijk heeft gemaakt te kunnen zorgen voor een voldoende vluchtvoorbereiding; Gelet op de artikelen 2.1, vierde lid, 3.21 en 5.5, derde lid, van de Wet luchtvaart; BESLUIT: Artikel 1 1.
Jaar: 2014
Ministerie Van Infrastructuur En Waterstaat
Documenten: 1
📁
Download volledig dossier (ZIP)