[Gepubliceerd: 2014-11-10] Gelezen het verzoek van Dutch Drone Company B.V., ontvangen op 30 september 2014, contactpersoon de heer G. Benschop, telefoon 070 369 63 89, e-mail: gbenschop@dutchdronecompany.com; Gezien het gegeven dat: lichte onbemande luchtvaartuigen volgens artikel 20 van het Luchtverkeersreglement voorrang moeten verlenen aan al het andere luchtverkeer; dat dit mogelijk is door binnen zichtafstand van de piloot te blijven en naast de piloot nog een waarnemer te verplichten; uitvoerende regelgeving in ontwikkeling is en internationaal overeenstemming bestaat over de uitgangspunten voor beroepsmatig gebruik van lichte onbemande luchtvaartuigen op veilige afstand van mensenmenigten en gebouwen; het verboden is om beroepsmatig deel te nemen aan het luchtverkeer met een licht onbemand luchtvaartuig, tenzij hiervoor ontheffing is verleend; Dutch Drone Company B.V. voldoende kennis en ervaring heeft om op verantwoorde wijze een vlucht uit te voeren met haar UAS; de piloten van Dutch Drone Company B.V. beschikken over een door het NLR afgegeven grondschoolcertificaat; Dutch Drone Company B.V. beschikt over een goedgekeurd operationeel handboek waarin de verantwoordelijkheden en procedures zijn vastgelegd; de lichte onbemande luchtvaartuigen van het type Altura Zenith ATX8 (registratie PH-1CW en PH-1CY) technisch zijn gekeurd en zijn goedgekeurd; Dutch Drone Company B.V. bij de aanvraag van een reeks projectontheffingen aannemelijk heeft gemaakt te kunnen zorgen voor een voldoende vluchtvoorbereiding; Gelet op de artikelen 2.1, vierde lid, 3.21 en 5.5, derde lid, van de Wet luchtvaart; BESLUIT: Artikel 1 1.
Jaar: 2014
Ministerie Van Infrastructuur En Waterstaat
Documenten: 1
📁
Download volledig dossier (ZIP)