[Gepubliceerd: 2015-04-15] Gelezen het verzoek van Airclips, ontvangen op 4 maart 2015, contactpersoon de heer H. de Vroedt, tel.: 06-53139211, e-mail: info@airclips.nl; Gezien het gegeven dat: het verboden is om beroepsmatig deel te nemen aan het luchtverkeer met een UAS, tenzij hiervoor ontheffing is verleend; lichte onbemande luchtvaartuigen (UAS) voorrang moeten verlenen aan al het andere luchtverkeer; dat dit mogelijk is door binnen zichtafstand van de piloot te blijven en naast de piloot nog een waarnemer te verplichten; uitvoerende regelgeving in ontwikkeling is en internationaal overeenstemming bestaat over de uitgangspunten voor beroepsmatig gebruik van UAS op veilige afstand van mensenmenigten, voertuigen, vaartuigen, objecten en gebouwen; de piloot van Airclips voldoende ervaring heeft om op deze specifieke locatie met de door hen gebruikte onbemande helikopters op verantwoorde wijze te kunnen opereren; de piloot van Airclips beschikt over een door EuroUSC afgegeven BNUC-S-certificaat en de praktische eindtest succesvol heeft afgerond; voor de Airclips gebruikte UAS een positief advies door EuroUSC is afgegeven voor de IDCA; Airclips beschikt over een bedrijfshandboek dat alle essentiele procedures bevat die nodig zijn om veilig te kunnen werken met een UAS; Gelet op de artikelen 2.1, vierde lid, 3.21 en 5.5, derde lid, van de Wet luchtvaart; BESLUIT: Artikel 1 1.
Jaar: 2015
Ministerie Van Infrastructuur En Waterstaat
Documenten: 1
📁
Download volledig dossier (ZIP)